A. |
Nu komt de Aap uit de mouw |
|
Nu blijkt pas de ware bedoeling |
B. |
Je beste Beentje voor zetten |
|
Je uiterste best doen |
C. |
Dat is een fluitje van een Cent |
|
Dat is een makkie |
D. |
Een Duit in het zakje |
|
Je ermee bemoeien |
E. |
Een Ezel stoot zich geen 2x aan dezelfde steen |
|
Je maakt niet 2x dezelfde fout |
F. |
Ik dank je Feestelijk |
|
Ergens echt geen zin in hebben |
G. |
Geen Gat meer in zien |
|
Geen oplossing meer weten |
H. |
Twee Handen op één buik |
|
Alles met elkaar eens zijn |
I. |
Hij gaat niet over 1 nachtje Ijs |
|
Hij is voorzichtig, denkt goed na |
J. |
Een huishouden van Jan Steen |
|
Een slordig en rommelig huishouden |
K. |
Een Kind kan de was doen |
|
Dat is heel gemakkelijk |
L. |
Hij is zo mak als een Lammetje |
|
Hij is erg rustig en zachtaardig |
M. |
Iemand iets op de Mouw spelden |
|
Iemand iets wijs maken |
N. |
Geen Nagel om zijn gat te krabben |
|
Geen geld of bezittingen hebben |
O. |
Iemand de Ogen uitsteken |
|
Iemand jaloers maken |
P. |
Daar heb je de Poppen aan het dansen |
|
Nu beginnen de moeilijkheden |
Q. |
Op je Qui vive zijn |
|
Op je hoede zijn, oppassen |
R. |
Hij is door de Ratten besnuffeld |
|
Hij is raar of gek |
S. |
Op het puntje van de Stoel zitten |
|
Je ongemakkelijk voelen |
T. |
Met de mond vol Tanden staan |
|
Niet weten wat je moet zeggen |
U. |
Een Uiltje knappen |
|
Een dutje doen |
V. |
In Vuur en vlam staan |
|
Verliefd zijn, heel enthausiast zijn |
W. |
Water naar de zee dragen |
|
Nutteloos werk doen |
X. |
Hij is een mooi eXemplaar |
|
Hij is niet te vertrouwen |
Y. |
Loop niet zo te Ysberen |
|
Loop niet steeds heen en weer |
Z. |
Het neusje van de Zalm |
|
Het allerbeste |