1e pagina
De broodjes dief.
"Kom Knoem, Knummeltje snel mee naar huis en aankleden, jullie willen toch niet de hele dag zo rondlopen in pyjama?" Pappa neemt Knummeltje op zijn schouders en Knoem loopt al hard vooruit. Mamma staat nog even te praten met Kruidje, maar neemt nu ook snel afscheid. "Bedankt voor de lekkere broodjes, "roept Mamma nog voordat ze weggaat. Ze gaan weer op pad naar hun eigen huisje.
Knummeltje zit bijna omgekeerd op pappa's schouders en zwaait tot ze niemand meer ziet. "Ga goed zitten Knummeltje, anders val je nog."
Eenmaal thuis aangekomen gaan ze zich vlug wassen, tanden poetsen en aankleden en ......... weg zijn Knoem en Knummeltje alweer. Terug naar hun vriendjes. "Wat gaan we doen vandaag Knoem?"vraagt Knummeltje aan haar grote broer. "We zullen wel zien, misschien hebben de anderen al wat bedacht." Het duurt nog lang voordat het avond is en Knampie verder gaat met z'n verhaal. "Ik ben zo benieuwd, jij ook Knoem, hoe het verhaal verder gaat, ik kan haast niet wachten. "In de verte horen ze het gelach van de anderen. "We zijn er al"roepen Knoem en Knummeltje tegelijk, wat gaan we doen vandaag?"
We gaan naar de woudtoren. "We nemen brood en limonade mee, dan kunnen we héél lang weg blijven, want het is wel een eind lopen. Kijk we hebben ook twee karretjes, daar kunnen de kleintjes in zitten. "Knummeltje en Knarrie protesteren allebei. "We kunnen best lopen hoor, wij zijn ook al groot, moet je maar zien, "Knarrie neemt hele grote stappen, waar mee hij laat zien, een heel eind te kunnen lopen. "Al goed", zegt Knop" dan leggen we het brood en de flessen limonade in de karretjes en als er dan iemand moe wordt kan die in het karretje uitrusten. Goed zo.....Knummeltje en Knarrie zijn gerustgesteld.
Daar gaan ze het is een hele optocht, door het donkere woud. Het mensenkind en Knop trekken allebei een karretje. Na een paar uren lopen komen ze aan bij de woudtoren. Knoem legt een groot laken neer waar ze met z'n allen op gaan zitten.
Straks gaan we wat eten, het brood en de bekers limonade worden vast neergezet. En dan zegt Knoem "kom wie het eerst boven is." Ze rennen allemaal de houten trap op, die gemaakt is aan een grote boom, rondom de stam, héél hoog, als ze boven zijn kunnen ze over het hele woud uitkijken. "Kijk daar, ik kan ons huisje zien, het lijkt wel een poppenhuisje in de verte, het is heel klein. " "Kijk daar loopt mamma en daar in de verte zie ik Knampie, wat is die aan het doen?" "Kijk hij heeft allemaal takken bij zich, oh die zijn natuurlijk voor vanavond voor het kampvuur." Een poosje blijven ze boven staan kijken, er is ook zoveel te zien.
Totdat Knoem roept, "Kijk nou, de dief........ hij eet al onze broodjes op. " Het is een Grobbel, die leven in het donkere woud, ze doen niemand kwaad hoor, maar zijn gek op lekkere dingen. "Grobbel ga weg, blijf van onze broodjes af, weg, ga weg gillen ze allemaal. " Maar Grobbel kijkt eens omhoog en gaat onverstoorbaar verder met eten. Snel rennen ze met z'n allen langs de boomstam weer naar beneden. Te laat, de broodjes zijn allemaal op en Grobbel is er al van door. Gelukkig hadden ze nog wel te drinken, allemaal namen ze een bekertje en daarna deden ze alles netjes in een zak. Knummeltje en Knarrie gingen nu zonder protest in de karretjes zitten, want ze waren nu toch wel moe geworden. Zo gingen ze met z'n allen weer terug. Ze vertelden het verhaal van Grobbel aan Knampie en Kruidje. "Nou dan zullen jullie wel weer honger hebben, maar eerst jullie handen wassen, kijk eens hoe vies die zijn. Knampie is al bezig met het kampvuur, dus vooruit opschieten tot straks. "
Ja tot straks is als Knampie verder gaat met zijn verhaal en dat................ lezen jullie volgende week.

|